Wat is hulp bieden bij zelfdoding?
Wat hulp bieden bij zelfdoding inhoudt, is vastgelegd in het eerste lid van artikel 293 van ons Wetboek van Strafrecht. Daar staat:
‘’Hij die opzettelijk het leven van een ander op diens uitdrukkelijk en ernstig verlangen beëindigt, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie.’’
Wat betekent dat in normaal Nederlands?
Simpel gezegd spreken we van hulp bieden bij zelfdoding wanneer u met opzet het leven van een ander beëindigt. Het is van groot belang dat deze persoon zelf het uitdrukkelijke en ernstige verlangen had dat u dit zou doen. Met uitdrukkelijk verlangen wordt bedoeld dat de overleden persoon een onmiskenbare bedoeling had. Een enkele opmerking tussen neus en lippen door zal dus niet genoeg zijn om te kunnen spreken van een uitdrukkelijk verlangen. Er moet echt sprake zijn geweest van een uitgesproken verlangen dat niet op een andere manier kan worden geïnterpreteerd. Voor de beoordeling of er ook sprake is geweest van een ernstig verlangen, wordt onder meer gekeken naar de situatie van de overleden persoon. Zo zal een verlangen van een jong kind of van een krankzinnige niet als een ernstig verzoek worden aangemerkt.
Voor hulp bij zelfdoding is het naast bovenstaande ook van belang dat u op de hoogte was van het ernstige verlangen en dat dit uw daad, het beëindigen van het leven van de ander, (mede) heeft bepaald. Eventuele aanvullende beweegredenen, zoals toegezegde beloningen, staan hier niet aan in de weg.
Uitzondering
In het tweede lid van artikel 293 van het Wetboek van Strafrecht staat het volgende: ‘’Het in het eerste lid bedoelde feit is niet strafbaar, indien het is begaan door een arts die daarbij voldoet aan de zorgvuldigheidseisen, bedoeld in artikel 2 van de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding en hiervan mededeling doet aan de gemeentelijke lijkschouwer overeenkomstig artikel 7, tweede lid, van de Wet op de lijkbezorging.’’
Bovenstaande geeft aan dat wanneer u als arts hulp heeft geboden bij zelfdoding u niet strafbaar bent, mits u zich heeft gehouden aan de wettelijke zorgvuldigheidseisen. Ook moet u mededeling hebben gedaan van uw handeling aan de gemeentelijke lijkschouwer.
Ik word verdacht van hulp bieden bij zelfdoding. Wat nu?
Uiteraard is een vrijspraak voor een misdrijf altijd de meest wenselijke uitkomst. Als een vrijspraak echter geen reële uitkomst is van de zaak, dan is het volgende van belang. Wanneer het Openbaar Ministerie van mening is dat mogelijk niet bewezen kan worden dat er sprake is geweest van een uitdrukkelijk en ernstig verlangen van het slachtoffer of dat u op de hoogte was van dit verlangen, kan u vervolgd worden voor moord of doodslag. De straffen voor moord of doodslag zijn vele malen hoger dan voor hulp door zelfdoding. Om te voorkomen dat u voor moord of doodslag wordt veroordeeld, moet uw advocaat juist aantonen dat er wel sprake is geweest van:
1) een uitdrukkelijk en ernstig verlangen bij de overledene,
2) dat u op de hoogte was van dit verlangen en
3) dat u naar dit verlangen gehandeld hebt.
Dit is geen makkelijke bewijspositie, zorg daarom dat u een gespecialiseerde advocaat benaderd.
In sommige gevallen kan er voorts een beroep op een zogenaamde noodtoestand worden gedaan. Daarvan is – simpel gezegd – sprake als er geen andere mogelijkheid bestond dan de hulp bij zelfdoding te bieden.
Hulp bij zelfdoding in de actualiteit
Hulp bij zelfdoding is tegenwoordig groot onderwerp van discussie. In sommige hoeken van de maatschappij bestaat de wens om voornoemd wetsartikel aan te passen, zodat hulp bij zelfdoding in uitzonderlijke gevallen straffeloos blijft. De discussie of aanpassing van het artikel wenselijk is, wordt zowel binnen als buiten de zittingszaal gevoerd.
In een recente zaak, waar een verdachte zijn 99-jarige moeder hielp bij het overlijden op haar uitdrukkelijke verzoek, oordeelde het Gerechtshof Arnhem dat er voor verdachte en zijn moeder geen andere redelijke oplossing was dan het bieden van hulp bij zelfdoding. Het Hof oordeelde dat de verdachte op grond hiervan niet schuldig was aan hulp bieden bij zelfdoding (zie: rechtspraak.nl). De Hoge Raad oordeelde later dat bij hulp bij zelfdoding een beroep op een zogenaamde noodtoestand (de verdachte zou geen andere keuze hebben gehad) alleen bij hoge uitzondering mag worden geaccepteerd. Het gerechtshof in Den Bosch moest daarom opnieuw naar de zaak kijken (zie: rechtspraak.nl voor de gehele uitspraak).
Kortom, of de wet aangepast dient te worden en in welke gevallen van hulp bieden bij zelfdoding een verdachte niet schuldig is, is dus nog niet duidelijk. Het is echter wel belangrijk om te weten dat ook al kan hulp bij zelfdoding worden bewezen, er niet in alle gevallen ook een straf zal worden opgelegd.
Welke straf kan opgelegd worden?
Voor hulp bij zelfdoding kan aan u een maximale gevangenisstraf van 12 jaar of een geldboete van €82.000 worden opgelegd.
Hulp bij zelfdoding is een ernstig feit. Wordt u gehoord door de politie als verdachte van hulp bij zelfdoding? Of heeft u al een dagvaarding gekregen? Overleg dan met een gespecialiseerde advocaat. Wij zijn bereikbaar op 035-303 8110. U kunt ook het contactformulier invullen. Wij nemen dan zo snel mogelijk contact met u op.